Vieste hostel ooit.

1 november 2019 - Madrid, Spanje

Dag 36 (maandag 28 oktober)

Ons treinhotel kwam aan in Madrid. Daar wilden we een ticket kopen naar huis. Dat kon niet. “Jullie kunnen Frankrijk niet door, er zijn stakingen tot 4 november”. We konden wel naar Barcelona. Morgen.

Okee... ehm, een hostel zoeken dan maar. We vonden een hostel, mochten daar pas 14:00 uur in en wachtten in een cafeetje ertegenover. Met de fiets konden we ook niet echt lekker het centrum in en eerlijk gezegd hadden we daar ook niet zoveel zin in. Maar, nadat we om 14:00 het hostel in mochten wilden we ineens heel graag de stad in. Het hostel was het vieste wat we ooit hebben gehad.

De fietsen mochten naar binnen, maar moesten op de kamer staan. De kamer was de receptie door, de soort van zitkamer/bar door, een gangetje door, een deur door, een buitenplaats over, een deur door, een gang door, door het trappenhuis naar de lift, met de lift omhoog, een gang door, een halletje door en daar was de kamer. Maar, zo bleek het, er pasten geen twee fietsen in de kamer. “Misschien moet er dan één beneden bij de receptie staan”, zei de vrouw. Dat hadden wij al voorgesteld, maar mocht niet... Maar goed, één fiets ging dus vast weer door de hal, de gang door, de lift in, door het trappenhuis, de gang, de deur, de binnenplaats, de deur, de gang, de zitkamer of bar en kon in de receptie staan. Nouja, dan hoeven we dat morgen ochtend niet te doen he.

Of wacht nee, de fiets kon niet in de receptie, maar moest in het kleine hokje daarachter. Dat hokje met de verschimmelde handdoeken, bouwresten, pisbakken en een ondraaglijke geur. Dahag fiets, ik hoop dat he het daar overleeft.

De andere fiets stond in de kamer. De kamer was ongeveer kleiner dan de drie stapelbedden die er stonden. Het stonk er enorm en overal lag viezigheid en er zaten bloedvlekken op het bed. Of dat van bedwantsen was of iets anders wilden we niet weten en al onze spullen bleven veilig in de tassen.

We vluchtten naar buiten. Maar waarheen? Eerst maar ergens telefoons opladen en middag eten. Maar daarna, waarheen? Naar de bibliotheek leek ons een goed plan. De bibliotheek was een heel groot statig gebouw met pilaren enzo. Wij kwamen nog net de oneindige trap naar de deur op en verheugden ons op zitten en lezen. Maar dat was niet wat we kregen. Nadat we de grote statige deur door waren gegaan zaten daar deftige veiligheidsmensjes achter kille balies en er waren poortjes en van die vliegtuig banden waar je je tas op legt en dat ze dan kijken of je niet te veel shampoo bij je hebt, of een pistool. Onze tassen werden goedgekeurd (we hadden dan ook geen shampoo of pistool bij ons). Hehe, we waren binnen. Daar wachtte een mooie zaal vol schilderijen op ons. Een museum, wel het laatste waar we zin in hadden. De schilderijen en potscherven keken ons aan en wij renden terug naar de veiligheidsman. “Library?” Vaag wijzend in de richting waar we vandaan komen keek hij ons aan en wij snapten hem niet. Dus gingen we zelf op onderzoek uit. Ja, daar achter die glazen deur is een bibliotheek en er zaten mensen, wij probeerden alles, maar kwamen met geen mogelijkheid aan de andere kant van die deur. Eerst probeerden we de deur zelf, maar een strenge vrouw in een blauw uniform zwaaide boos met haar vinger en we liepen weg. We probeerden nog een paar andere deuren, worden overal werden we weggestuurd en we gingen dan maar weer naar buiten. De wc was ergens beneden een andere deur door. Terwijl Sarien buiten wachtte op de trap ging Willemien naar binnen om te plassen. Zelfs daar stonden strenge mannen, poortjes en een band en alles moest weer goed gecontroleerd worden. Het poortje begon te piepen en zelfs de metaaldetector werd erbij gehaald (of hoe heet zo’n ding), maar ik had nog steeds geen shampoo bij me en mocht gelukkig gaan plassen.

Als zwervers zaten we dan maar een tijdje op de trap voor het museum te kijken wie er in en uit liepen en hoeveel mensen een selfie maakten op de trap voor het gebouw. Nadat we weer een beetje kracht hadden gespaard gingen we opzoek naar eten. We vonden dit in een super schattig wok restaurantje en gingen daarna weer op weg naar onze vieze hostel. Helemaal door het dolhof bij onze kamer aangekomen konden we de kamer niet meer in... Het pasje liet ons er niet in. Hé, wat gek, op het pasje staat een andere kamer. Dus wij weer helemaal terug naar de receptie, de vrouw had ons de verkeerde kamer gewezen en we kregen een nieuw pasje. Of het daardoor kwam of omdat we nu eindelijk wel een beetje geluk hadden weten we niet, maar er kwam niemand meer bij ons op de kamer, dus wat we wel hadden was een beetje rust en daar genoten we dan maar van.

1 Reactie

  1. Marjan en Anne:
    1 november 2019
    Brrr! Dit was echt een verhaal over een heeeeele vieze kamer!!! Hopelijk hebben jullie er niets aan over gehouden.